Pim Valentijn, keynote Fysiopraktijk Anno Nu: ‘Netwerkzorg is het nieuwe businessmodel voor de fysiotherapie’

Pim Valentijn, keynote Fysiopraktijk Anno Nu: ‘Netwerkzorg is het nieuwe businessmodel voor de fysiotherapie’

Pim Valentijn begon als fysiotherapeut en is tegenwoordig managing director bij onderzoeks- en adviesbureau Essenburgh Group. Hij specialiseerde zich in netwerkzorg en stelt dat fysiotherapie daar een goed verdienmodel in kan vinden. Tijdens het congres Fysiopraktijk Anno Nu (18 november in Utrecht) houdt Valentijn de openingskeynote. ‘Voor de fysiopraktijken is de kans: breder kijken dan alleen monodisciplinaire samenwerking. In de samenwerking met wijkverpleging en sociaal domein zijn allerlei initiatieven te bedenken.’

Van 2007 tot 2010 werkte Pim Valentijn als fysiotherapeut en studeerde daarnaast gezondheidswetenschappen. ‘Vooral het contact met patiënten vond ik leuk, maar het productiewerk in de fysiotherapie vond ik een nadeel. Als je niet uitkijkt, ben je iedere dag van acht op acht continu aan het werk. De studie gezondheidswetenschappen bleek een betere match.’

Van 2011 en 2015 werkte Valentijn aan zijn promotiestudie. ‘Mijn eerste publicatie sloeg internationaal meteen aan en sindsdien doe ik niets anders meer dan onderzoek. Ik doe met name onderzoek naar netwerkzorg, waarbij ik kijk naar effectiviteit en doelmatigheid. Welk type netwerk is er nodig? Hoe kan er in netwerk meer kwaliteit, betere gezondheid, tegen lagere kosten gerealiseerd worden? Die inzichten vertaal ik ook naar de praktijk.’

Wat is de insteek van uw keynote?

‘Vanuit de beleidsmatige hoek komen er veel dingen af op de fysiopraktijken, zoals het Integraal Zorgakkoord dat inzet op transformatie en samenwerking. In de fysiotherapie zie je dat monodisciplinair samenwerken wel lukt, maar de uitdaging wordt dus: hoe ga je dat multidisciplinair, tussen verschillende disciplines, aanpakken? Daar kun je twee kanten mee op: het beleidsmatige verhaal en dan opteer je voor subsidie. Of ga je ondernemen en onderzoeken wat het nieuwe verdienmodel hierbij zou kunnen zijn. Lukt die betere zorgverlening wel in tijden van schaarste en capaciteitsproblemen? Wat zijn de randvoorwaarden daarvoor? En wat is het nieuwe verdienmodel dat daar achter kan zitten? Daar hoor je eigenlijk niemand over.’

‘Ik focus op het eerlijke verhaal: het is ook gewoon supermoeilijk om die transitie voor elkaar te krijgen, ook voor de fysiotherapie. Voor praktijkeigenaren kan daar een interessant nieuw verdienmodel achter zitten, waarbij ik ze ook wil uitdagen hun werk leuk en beheersbaar te houden. Iedereen zit naar oplossingen te zoeken, ook een ziekenhuisbestuurder vraagt zich dat af: hoe maak je die transformatie succesvol? Daar heeft bijna niemand antwoord op in de BV Nederland. Dat is kwalijk, want voor je het weet worden er weer miljoenen belastinggeld verbrand aan mooie subsidies en regio-overlegtafels, zonder dat we er substantiële veranderingen mee realiseren.’

Hoe zou die transformatie dan gestimuleerd moeten worden?

‘In de contractering kunnen financiële prikkels worden opgenomen, waarbij het ook loont om meer domein overstijgend samen te werken. Praktijkhouders moeten zelf nadenken hoe ze beter kunnen inspelen op de uitlopende behoeften, variërend van lage rugklachten tot valpreventie bij kwetsbare ouderen. Daar kun je een concept voor neerzetten, samen met bijvoorbeeld een andere zorgverlener zoals een wijkverpleegkundige en op de inhoud lukt dat ook prima. Alleen dat slim vertalen naar een business- en verdienmodel, dat lukt nog niet. Bijvoorbeeld: als we 10% van dit soort valpartijen voorkomen in de wijk, dan betekent dat het aantal ongewenste ziekenhuisopnames op de SEH ook met 5% afneemt. Dat leidt dan tot de kostensparing van een bepaald bedrag. Dat is interessant, dus fysiotherapeuten zijn ontzettend maatschappelijk waardevol, maar toch krijgen ze dat totaal niet terug in de financiering of positie in het zorglandschap. Hoe maak je daarvoor eerst een integrale businesscase? Of: hoe kun je dit samen met andere partijen, schaalbaar opzetten in de wijk, de regio of (inter)nationaal?’

Je noemt de wijkverpleging als belangrijke partner, maar moet de huisarts ook geen rol krijgen als sleutelfiguur?

‘De huisarts zegt dan: leuk en aardig, maar we zijn hartstikke druk. De nieuwe generatie wil graag parttime werken en je ziet dat de huisartsenzorg bijna uit elkaar valt. De huidige generatie huisartsen vinden andere dingen belangrijk dat de zittende praktijkhouders. Dit zet druk op hoe we de huisartsenzorg georganiseerd hebben. Er is te weinig nagedacht over een uitvoeringsstrategie hoe ze de kernwaarden van het vak daadwerkelijk overeind kunnen houden, door hun praktijk echt anders te organiseren en te digitaliseren. Wat betekent dit voor hun verdienmodel en voor de contractering door de zorgverzekeraar? Hetzelfde speelt in de fysiotherapie, waar de beroepsgroep moet proberen sturing te houden om niet in een impasse terecht te komen.’

U stelt dat huisartsen en fysiotherapeuten als sector dreigen ‘uit te vallen’. Hoe bedoelt u dat?

‘Bij de huisartsen zie je op veel plekken problemen met praktijkovername en opvolging. Waarnemers willen het vaak niet doen en huisartsen zelf willen niet dat een private partij die praktijken overneemt. Als een praktijkhouder dan uitvalt, moeten de patiënten naar omliggende praktijken, waar vaak al capaciteitsproblemen spelen. Vaak hebben ze onvoldoende of te laat nagedacht hoe ze dat anders, slimmer en beter kunnen organiseren. We weten intussen dat als we op een sterke eerstelijnsvoorziening inzetten, dat we dan het meeste rendement voor ons belastinggeld krijgen. Als we daarvoor kiezen, moeten we dat ook faciliteren vanuit de eerstelijn, de verzekeraar en de overheid. Maar praktijkhouders hebben zelf ook een verantwoordelijkheid om breder te kijken, te gaan ondernemen en het anders te organiseren.’

‘Ik laat in mijn keynote zien: waarom moet je überhaupt in zo’n netwerk stappen? Wat zijn de kansen als je met elkaar in een multidisciplinair netwerk gaat zitten? Vervolgens laat ik ook zien: landen waar dat beter gebeurt, halen ook meer gezondheidswinst, zoals Hongkong, Singapore en Israël. Zij hebben de eerstelijnszorg en het sociaal domein vanuit een beleidsdomein met één financiering geregeld en daardoor hebben ze minder last van fragmentatie. De domein overstijgende samenwerking kunnen ze makkelijker realiseren met meer efficiëntie en doelmatigheid op landelijk niveau.’

Is het voor fysiopraktijken niet heel ambitieus om hier de lead in te nemen?

‘Aan de organisatiekant kun je makkelijker samenwerking realiseren en daar wil ik in mijn keynote op inzoomen. Hoe kun je daarin als fysiopraktijkhouder op handelen? Hoe wil je samen met de collega’s je praktijk goed laten draaien? Wat is dan een interessant groeimodel? Hoe kun je dat bijvoorbeeld samen met andere disciplines doen? Voor de fysiotherapie ligt daar een kans, om de zorg anders te organiseren en te innoveren. Dat is iets wat deze beroepsgroep altijd al heeft gedaan.

‘Voor de fysiopraktijken is de kans: breder kijken dan alleen die monodisciplinaire samenwerking. Als je de zorg met meerdere disciplines gaat organiseren, welke kansen liggen er dan? Je kunt een app gebruiken om de revalidatie te digitaliseren en optimaliseren, maar je kunt er ook andere disciplines aan vastplakken en dan wordt het schaalbaar. Fysiotherapeuten kunnen hierin het voortouw nemen, ook al is dat in samenwerking met de geldende medische hiërarchie soms nog wel lastig. Maar ja, voor een echt goed idee is natuurlijk alles mogelijk.’

Uw oproep is ook: blijf weg uit die gesubsidieerde hoek, dat brengt je nergens. Hoezo dan?

‘Ook pilotprojecten gefinancierd met IZA-middelen lopen het risico dat de werkwijze niet kan worden bestendigd. Ik noem dit subsidiritis. Om de 4 jaar weer nieuwe initiatieven aanjagen, die daarna weer instorten omdat er geen goed business- en verdienmodel onder ligt. Hoe hou je hier met elkaar een goede boterham aan over, als je aantoont dat je bijdraagt aan betere kwaliteit en betere gezondheid? Hoe kun je het ondernemerschap handen en voeten geven? Kijk naar de zorgvraag van kwetsbare ouderen, waarbij de zorg vanuit een reeks disciplines geboden wordt, maar waartussen totaal geen coördinatie plaatsvindt. Hoe kun je dit beter vormgeven en schaalbaar maken? En hoe kun je hier voor je praktijk een duurzame inkomstenstroom op genereren?’

Pim Valentijn: ‘Slimmer samenwerken: Netwerkzorg als nieuw businessmodel’

De openingskeynote, onderzoeker en van oorsprong fysiotherapeut, Dr. Pim Valentijn, neemt je mee de helikopter in en schetst een beeld van netwerkzorg en de positie van de eerstelijns fysiopraktijkhouder anno nu daarbinnen. Waar liggen de kansen voor de beroepsgroep, waarvoor moeten we alert zijn, welke rol kun je als individuele zorgondernemer in dat krachtenveld spelen, hoe bouw je aan een gezonde toekomst als individuele praktijk én samen met je vakgenoten en andere stakeholders in de sector?

permalink

Naar het overzicht

Terug naar boven